zondag 22 juli 2012

Identiteit, Socialisme en Gemeenschap


Voor de 20ste eeuw toen de term socialisme nog niet door de bolsjewisten en sociaal-democraten gekaapt was, betekende het nog iets geheel anders. Socialisme representeerde een terugkeer naar de organische gemeenschap en het eeuwenoude concept van ongedwongen menselijke relaties. Deze socialisten geloofden dat de samenleving een natuurlijk gegroeid fenomeen was, waarin de menselijke familie zichzelf regionaal groepeerde in vrije verenigingen (naties en regio's). In de 20ste eeuw maakte deze oorspronkelijke definitie van het socialisme plaats voor de economisch deterministische en wetenschappelijke visie op het utopische socialisme van Karl Marx. Dit leidde uiteindelijk tot enkele van de meest rigide en autoritaire regimes van de 20ste eeuw. Op de Westerse helft van de wereld werd het socialisme verdreven en geblokkeerd door een machtstructuur die zich uit de industriële en financiële organisatie van het 19de eeuwse kapitalisme ontwikkeld heeft. De alsmaar verder gaande centralisatie van macht en de complete vervreemding van initiatief op het punt van productie worden hierbij gemaskeerd door het versleten juridische apparaat. De staat is simpelweg terug gebracht tot de politiemacht van het economisch systeem.

Echter in de Westerse wereld waar het economische systeem alle macht heeft, zag men wel een terugkeer van het aloude socialistische concept; verschillende jeugdrevoluties die zich beroepen op een eigen levensstijl. Deze jeugdgroepen worden vaak gezien in het licht van de materiële luxe van het late kapitalisme en de exploitatie van muziek, maar representeren eveneens een instinctieve revolte tegen de ontmenselijking. Het is een reactie op een wereld waarin concentratie en depersonalisatie dominant worden en waar regionaal initiatief wordt achtergelaten in een alsmaar verder globaliserende "samenleving". De mens heeft zichzelf ontwikkeld in groepen, die binnen een specifieke omgeving specifieke interne relaties heeft ontwikkeld, die uiting krijgen in de gemeenschap. Hoe meer de globalisering toeneemt, des te meer de menselijke vervreemding toeneemt. Zowel in het Marxistische Oosten als in het kapitalistische Westen heeft het economisch systeem de overhand op de gemeenschap gekregen en in termen van levensbetekenis zijn beide werelddelen feitelijk hetzelfde geworden.

De instinctieve reactie op deze ontwikkelingen krijgt vorm in de alternatieve samenleving. De jeugd probeert terug te keren naar het gemeenschapsleven en sommigen creëren dan ook hun eigen gemeenschap. Dit is dan ook de laatste optie in een geglobaliseerde wereld om een nieuwe gemeenschap te creëren. Deze gemeenschappen moeten economisch onafhankelijk worden en dus hun eigen alternatieve economie ontwikkelen als een systematische devolutie van de dominante economie. Dit vraagt uiteraard om een strenge discipline; de acceptatie van een gehele andere levensstandaard en geheel andere waarden. Het doel van productie moet niet langer winst zijn, maar het moet levensverbetering als doel hebben. Onze enige keuze is tussen de geboorte van een nieuwe gemeenschap of de sociale dood van de nihilistische en globalistische wereldmarkt. De crisis van de beschaving is een onontkoombaar feit. De oplossing ligt in een traditie die nog ouder is dan het kapitalisme en die terug gaat tot de oerbron van de mensheid zelf; de vrije samenleving.

Een recent voorbeeld van de ontwikkeling richting een alternatieve samenleving kan men vinden in het concept van de zogeheten "Transition Towns". Dit is een netwerk van zelfvoorzienende gemeenschappen die vanaf de basis gegroeid zijn tot een wereldwijd netwerk. Deze ecologische en sociale beweging is ontstaan in de jaren '80, gebaseerd op het principe van een permacultuur; dat een duurzame en verantwoorde samenleving propageert. Het idee van de "Transition Towns" en "Transition Initiatives" zijn inmiddels wereldwijd verspreid (waaronder in Nederland), waar het lokale bedrijfsleven en de regionale economie worden ondersteund door de gemeenschap. Via een sociaal netwerk en verenigingsleven wordt het idee verspreid binnen de gemeenschap gebruik makend van voorlichting, educatie en samenwerking. Sommige Transition Towns hebben hun eigen munt ingevoerd en opereren voor zover mogelijk onafhankelijk van de globalistische economische infrastructuur.

Dit soort bewegingen en praktijkvoorbeelden bieden een ideaal concept voor hen die een identitaire visie nastreven en terug willen keren naar de organische volksgemeenschap. Een terugkeer naar een "primitievere" vorm van productie en sociale relaties is de enige reële oplossing voor diegene die zich tegen de alsmaar voortschrijdende globalisering willen verzetten. Het moderne en simplistische geloof dat alle mensen simpelweg als broeders in vrede moeten samenleven - wat men ook binnen bepaalde van deze bewegingen terug vindt - is niet genoeg. Als een gemeenschap voor eenieder open staat die zich als lid wil voordoen, dan loopt dit zeker op een ramp uit. De gemeenschap is een familie die diep geworteld is in gedeelde traditie, normen, waarden en cultuur; men kan de gemeenschap niet los zien van haar fundamentele consensus; identiteit. Dat is dan ook de boodschap die wij als identitairen in dit soort bewegingen moeten introduceren.

Wij moeten een positie innemen tegen de menselijke zelfvervreemding en binnen de gemeenschap die samenhangt door identiteit een ware socialistische ethiek ontwikkelen. Marx dacht dat het industriële proces zou leiden tot een klassenbewustzijn, waarmee hij het Marxisme bedoelde. Deze bewering is echter door de geschiedenis achterhaald. Als de ineenstorting van de Westerse beschaving ons een ding heeft geleerd, is het dat de bijna instinctieve reactie hierop het echte socialisme belichaamd. Socialisme is de terugkeer naar de natuurlijke gemeenschap die diep is geworteld in de familie, het volk evenals een gemeenschappelijke identiteit en ethiek.

Anton





zondag 1 juli 2012

De Volksgemeenschap: Alternatief voor het kapitalisme


De samenleving is geen abstract fenomeen dat boven het individu staat, maar een veelvoud aan kleine inter-relaties. Binnen deze relaties zijn het de natuurlijke associaties en echte sociale eenheden die de basis voor een harmonieuze samenleving vormen. Deze sociale eenheden en natuurlijke associaties krijgen vorm in de familie, de gemeenschap en het volk. Het volksbewustzijn is het collectief geheugen en de historische essentie van de voorouders van een volk. Deze zijn diep geworteld in een gemeenschappelijke taal alsmede de psychologische aard van ieder individu, dat gevormd wordt door de culturele interactie van de groep binnen haar eigen milieu. Elk volk is onderdeel van de mensheid en een natuurlijke gemeenschap van vrede. Het volk is een cultuur en gemeenschap die organisch vanaf een bepaalde regio groeit en is synoniem voor de term natie.

Hier verschilt de natie dan ook van de staat, omdat de laatste een natuurlijke vijand vertegenwoordigt. De natie representeert een natuurlijke organische samenleving zonder dwang, terwijl de staat nooit vrijwillig tot stand is gekomen. Het vervangt vrije samenwerking, vrijwilligheid, solidariteit en haar bewustzijn (de volksgemeenschap) door staatse systemen en wetgevingen ofwel de sociale dood van de machtspolitiek en haar bureaucratie. De enige manier om de staat te overkomen is de groei van een ware organische structuur, die bestaat in de vorm van familie en volksgemeenschap.

Onze echte vijand is dan ook de staat waarin de geest van de mensheid zich bevindt, het abstracte denken, de vervreemding, het materialisme en de algehele onderworpenheid. Brute daden kunnen niet voor een betere mensheid zorgen, omdat er enkel een humane toekomst kan zijn als er een humaan heden bestaat. Abstractie, mechanistisch denken en koelbloedige logische leugens – zoals we die van het kapitalisme en communisme kennen - staan aan de wortel van de terroristische mentaliteit. Ons antwoord moet opbouw zijn in plaats van vernietiging, de organisatie van een nieuwe geest. Wij verzetten ons tegen de geest van het kapitalisme, haar perversie van de uitwisseling en haar uitsluiting van ieder ander menselijk aspect dat niet materialistisch is.

De ontwikkeling van volksgemeenschappen en mutualistische economische alternatieven is de sleutel tot de afschaffing van het kapitalisme. Vandaag de dag is de vervreemding groter dan ooit. De overgebleven volksculturen worden aangevallen door het bedrijfsleven en haar massacultuur van Hollywood en McDonald’s. Ondanks dit alles blijft er een uitgesproken gevoel bestaan voor het volk en haar wortels. Mensen beginnen hun culturele en historische verleden te herontdekken. In een alsmaar verder globaliserende wereld worden regionale sentimenten steeds belangrijker. De staat biedt geen oplossingen maar is eerder onderdeel van het probleem. We zien dit aan de voortdurende stimulatie van massa (arbeids)migratie, de vernietiging van het kleinbedrijf en klein agrarische bedrijf ten gunste van internationale conglomeraten, haar onderwerping aan kapitalistische belangen enzovoorts. Enkel door onszelf, zoveel mogelijk, onafhankelijk van de staat te maken en onze eigen alternatieve gemeenschappen te vormen, kunnen we de eerste stappen zetten om de herontdekking van de organische volksgemeenschap te realiseren.

Anton


zaterdag 23 juni 2012

Vrijheid en recht voor Vlaanderen



Daarom gedenk.
Den heiligen wenk. 
Van al wat u omringt. Blijf trouw aan uw verleden!
Blijf steeds uw Vlaamschen oorsprong waard!
Wees Vlaamsch van hert en Vlaamsch van aard!
Wees Vlaamsch in uwe spraak en Vlaamsch in uwe zeden!
Uw roem en uw geluk vindt ge op dien weg alleen.
Met al die heerlijkheid der dagen van voorheen!

Drie Zustersteden - Ledeganck


Hoewel nationale identiteit een veranderlijk en dynamisch fenomeen is, kan het niet los gezien worden van een besef van collectieve eigenwaarde. Het begrip "natie" dat ooit door de Romeinen geïntroduceerd werd, kreeg hiermee een nieuwe verdieping in de 19de eeuw. De "natie" werd een gemeenschap gebaseerd op gedeelde identiteit, stamverwantschap, geaardheid en taal. Deze hernieuwde opvatting vond weerklank in geheel Europa, waar de natie voorts gebaseerd was op de overeenstemmende wil van een groep mensen. Het is hierbij belangrijk om de "natie" niet per definitie aan het begrip "staat" te koppelen, omdat de natie feitelijk niets meer en niets minder is dan de uitdrukking van de identiteit van een groep mensen.

Een land waar de strijd voor erkenning van natieschap en identiteit tot uitdrukking kwam is bij onze Belgische zuiderburen. Het jonge Belgische koninkrijk zag het licht in 1830 en was van oorsprong een overwegend Nederlandstalig Vlaams land met een Franssprekende Waalse minderheid. De nieuwe grondwettelijke bepaling van België werd echter niet gebaseerd op de vrijheid van de burger, maar op de vrijheid van de Franstalige heren. Het gezag van de Waalse minderheid ging hiermee zwaarder wegen dan dat van de Vlaamse meerderheid. Het Frans werd uitgeroepen tot de taal der staat en dit heeft ertoe geleid dat het Vlaamse volk werd onderdrukt.

Echter de liefde voor de Vlaamse identiteit was hiermee nog niet verdwenen. Uit de liefde voor de eigen identiteit en de geestdrift om actie te ondernemen werd de Vlaamse beweging geboren. De strijd die deze Vlaamsgezinden voerden stond aan de grondslag van de taalstrijd en was gebaseerd op een eerbied voor de Vlaamse eigenheid. Doordat België zich baseerde op het bestaan van een enkele Belgische "natie" deed zij de werkelijkheid feitelijk tekort. Het leidde tot een ontkenning van een Vlaamse- en Waalse eigenheid.

Omstreeks de 20ste eeuw beperkte de Vlaamse beweging zich niet langer tot louter het politieke en culturele, maar werden meer en meer de economische en sociale aspecten in de strijd betrokken. Men begon in te zien dat politieke macht grotendeels door economische ontwikkeling bepaald wordt. Dit leidde ertoe dat de Vlaamse beweging een Vlaams politiek systeem ontwikkelde. In 1918 werd met behulp van de Duitse bezetting een bestuurlijke scheiding gerealiseerd die uiteindelijk leidde tot de uitroeping van de politieke zelfstandigheid van Vlaanderen. Van 1930 tot en met 1938 werden de wettelijke regelingen voor het taalgebruik herzien. Als gevolg hiervan werd de demografische, culturele en economische positie van het Vlaamse volk versterkt. Echter hiermee was de miskenning en minachting voor Vlaanderen nog niet tot een einde gekomen.

De kracht van de Waalse minderheid is grotendeels te wijten aan hun zelfbewustzijn en hun sterke besef van eigenwaarde. Daarentegen heeft de verfransing ervoor gezorgd dat de intellectuele en morele ontwikkeling van het Vlaamse volk belemmerd werd. Het is vandaag de dag dan ook aan de Vlamingen zelf om hun toekomst weer in eigen handen te nemen. Het is aan hen om te kiezen of zij een volk van knechten of een volk van heren wensen te zijn. Zij moeten het willen en om het te willen zullen zij sterk overtuigd moeten zijn van hun zaak. Daar ligt dus de grote taak voor al diegenen die met het Vlaamse volk begaan zijn. Tegenover de systematische Fransgezinde propaganda moet er een systematische Vlaamsgezinde propaganda gesteld worden. Enkel zo kunnen zij het Vlaamse volk innerlijk sterken en wederom strijdvaardig maken. Door de Walen eerbied en waardering voor Vlaanderen in te boezemen zal hun minachting uiteindelijk verdwijnen. Als Vlaanderen weer verschijnt als een macht om rekening mee te houden, ligt de weg open om de morele positie te verwerven waarop zij het absolute recht heeft.

De Vrije Associatie van Identitairen verklaart zich dan ook solidair met Vlaanderen en alle andere onderdrukte naties in de strijd voor vrijheid en recht. Enkel identiteit en natieschap biedt de kracht die nodig is voor de realisatie van een harmonieuze en solidaire vrije gemeenschap; de natie zoals deze bedoeld is.

Halmar


woensdag 20 juni 2012

Griekenland is niet onze vijand


De financiële crisis in Griekenland toont aan wat Griekse regionalisten al decennia geleden verkondigden, de Europese Unie is de laatste stap richting de ondergang. De Nederlandse media vertelt ons dat ons belastingsgeld wordt gebruikt om voor Griekenland en de Griekse burgers te betalen. In Griekenland krijgt men daarentegen van de media te horen dat het de andere Europese landen zijn die hen de armoede in drijven. De massamedia dienen dan ook hun wereldmeesters; macht en kapitaal. Hun leugens worden met een enkel doel aan de mensen verkocht, om de inwoners van de Europese naties onderling te verdelen en tegen elkaar uit te spelen.

De Griekse werkende klasse was het gewend om in een werkweek van ca. 40 uur slechts een kleine 700 euro per maand uitbetaald te krijgen. Na de Griekse economische crisis en de bemoeienis van het IMF zijn hun lonen en pensioenen nog eens met ongeveer 25% gereduceerd. De werkeloosheid loopt ondertussen sterk op en is inmiddels al toegenomen met meer dan 20% (meer dan 750.000 werklozen). Veel Grieken zijn werkeloos en leven in grote armoede, terwijl ondertussen ongeveer 2 miljoen illegale immigranten gratis van de “Hellenistische democratie” genieten.

Tegelijkertijd hebben de private “Griekse” banken in 2010 en 2011 wederom grote winsten gemaakt. Dit terwijl zij meer dat 30 miljoen euro aan belastinggeld van de regering krijgen, als financiële steun. Het gehele geldbedrag dat door het IMF en de EU beschikbaar is gesteld wordt enkel gebruikt om de leningen te vergoeden die zijn afgesloten bij internationale banken zoals Goldman Sachs. Het lenen bij deze geldhaaien betekent zoiets als 1 euro lenen en vervolgens 1000 euro terug betalen, hiermee wordt de economische crisis een lucratieve handel.

Terwijl de Europese burgers van verschillende landen tegen elkaar uitgespeeld worden tijdens de economische crisis, gaat al ons geld feitelijk naar de elite van geldgraaiers en de private parasitaire banken. Zij zijn de eeuwige dieven en de echte vijanden van onze volkeren. Zij vertegenwoordigen het parasitaire roofkapitalisme dat ons allen de armoede en misère instort. Deze aasgieren hebben zitten wachten op een economische crisis om zichzelf te kunnen verrijken. Het creëren van gigantische staatsschulden is hun voornaamste doel, zodat zij de bevolking kunnen uitpersen en knechten. Het geld dat zij uitlenen bestaat enkel fictief in de vorm van zeer creatieve boekhouding, maar moet uiteindelijk terug betaald worden door de fysieke inkomsten van de bevolking in te vorderen. Het zijn deze neoliberale aasgieren die maximaal van deze uitzichtloze situatie profiteren, onze sociale zekerheden compleet afbreken en ons de hongersnood in storten.

We kunnen de strijd tegen de economische crisis dan ook niet los zien van de strijd tegen het roofkapitalisme. Het zijn niet de Grieken, de Portugezen, de Italianen of de Spanjaarden die onze vijand zijn, maar de kapitalisten en de politieke elites. Dat zijn onze echte vijanden!

Halmar


vrijdag 1 juni 2012

Syrië: de media als wegbereider voor oorlog


Hoewel veel mensen vast blijven houden aan de illusie dat wij vandaag de dag onafhankelijke en objectieve media kennen, is de media feitelijk het belangrijkste medium geworden om de oorlogsstokerij en propaganda van het moderne imperialisme te verspreiden. Na de misleidende lastercampagne tegen Khadaffi, die resulteerde in de bloederige agressieoorlog tegen Libië, staat nu Syrië in de belangstelling. Dagelijks worden in de media allerhande leugens en onwaarheden van onverifieerbare bronnen verspreid. Deze dagelijkse leugenachtige reportages bereiken zowel de televisiekijkers, krantenlezers als internetgebruikers en worden simpelweg kritiekloos als waarheid aangenomen. Vrijwel in koor vertelt de media het verhaal, over de wrede dictator Assad die zijn volk dat in opstand is gekomen bruut onderdrukt en vermoord. Net als Irak waar nooit massavernietigingswapens werden gevonden en Libië waar zogenaamd een brute dictator moest worden verwijderd om in het bezit van waardevolle grondstoffen te komen, moeten nu de leugens jegens Syrië een nieuwe imperialistische oorlog en neokoloniale campagne rechtvaardigen.

Opvallend is dat zeer veel informatie over de situatie in Syrië op bijvoorbeeld CNN, CBS, Associated Press, Reuters, AFP, BBC, Daily Show, FAZ, Holtzbrinck, Springer Press, Spiegel, Focus, Al Jazeera, al Arabiya, enz. afkomstig is van slechts één omstreden agentschap dat gevestigd is in Londen; het "Syrische observatorium voor de Mensenrechten". Maar hoe serieus is deze bron te nemen? En waarom lijkt niemand te weten wie er achter dit onheilspellende agentschap zit? De Russische minister van buitenlandse zaken Alexander Lukashevich sprak openlijk zijn twijfels uit over de betrouwbaarheid van het "Syrische observatorium voor Mensenrechten" dat geleid wordt door een omstreden man genaamd Rami Abdul Rahman. Deze man die enige journalistieke of juridische achtergrond vreemd is en gelieerd wordt aan het Moslimbroederschap. Het bureau dat vermoedelijk gefinancierd wordt met Saoudische fondsen is dan ook een handig instrument voor de tegenstanders van Assad om valse propaganda te verspreiden gebaseerd op ongeverifieerde rapporten en dubieuze informatie. Alleen al op Google nieuws zijn meer dan 74.000 media berichtgevingen over de situatie in Syrië direct gebaseerd op de beschuldigingen van Rami. De media gebruikt echte meldingen samen met de overdreven horror meldingen van het dubieuze "Syrische observatorium voor de Mensenrechten" om aan de lopende band sensationele en misleidende reportages te maken over de vermeende ongekende bruutheden van het Ba'athistisch regime van Assad.

Hoe gevaarlijk deze nalatigheid door de toonaangevende media kan zijn, blijkt wel uit de gevolgen hiervan op het internationale politieke toneel. Als reactie op de horrorverhalen van het "Syrische observatorium voor Mensenrechten" schrijft persbureau Reuter; "Bondskanselier Merkel heeft het geweld van de Syrische regering tegen haar volk sterk veroordeeld." "De bondskanselier was diep bezorgd over de voortdurende schendingen van mensenrechten en fundamentele vrijheden in Syrië", zo meldde een regeringswoordvoerder. De Nederlandse minister van buitenlandse zaken Uri Rosenthal roept op een conferentie van "Vrienden van Syrië" soldaten van het Syrische leger op om over te lopen "omdat er geen toekomst is voor Syrië onder Assad". De Nederlandse regering steunt de Syrische oppositie dan ook financieel en steunt hen met communicatiemiddelen. De Syrische regering wordt opgeroepen het geweld tegen onschuldige burgers, vrouwen en kinderen evenals het geweld tegen opstandelingen van het Vrije Syrische Leger te staken. De immense macht van het kleine Londense bureau lijkt dan ook grenzeloos. Zo worden de vele sancties die tegen Syrië uitgevaardigd zijn voor een belangrijk deel ondersteund door de verslagen van het agentschap. Door de media en politieke besluitvorming worden de leugens van het "Syrische observatorium voor Mensenrechten" waarheden.

Terwijl de Amerikaanse imperialisten wapenleveranties aan het Syrische Vrije leger steunen en vanuit landen zoals Saoudi Arabië en Qatar wapens aan de opstandelingen verschaft worden en een bloederige burgeroorlog gefinancierd wordt, wordt de eenzijdige berichtgeving en oorlogspropaganda in de media keer op keer herhaald. Bij de schendingen van mensenrechten, de gewelddadige moorden en dodelijke bomaanslagen in Syrië, wordt door de Westerse media vrijwel altijd twijfel gezaaid, met de vinger naar de troepen van Assad gewezen en de nadruk gelegd op de onverifieerbare beweringen van allerhande oppositiegroepen die strijden tegen het regime van Assad. Syrische bevolkingsgroepen worden tegen elkaar uit gespeeld in de "verdeel en heers" tactiek van het moderne imperialisme. Net als in Afghanistan, Irak en Libië is het de bedoeling een bloederige burgeroorlog te veroorzaken waar uiteindelijk enkel de buitenlandse machten, die deze oorlog financieren, van zullen profiteren. Dit terwijl het volk in een uitzichtloze cirkel van geweld en ellende beland. Hoewel de media constant het idee wekt dat de Syrische regering geen enkele interesse zou hebben in politieke onderhandelingen met de oppositie, is ook het regime van Assad niet suïcidaal. Men begrijpt heel goed dat de situatie onhoudbaar is geworden en hervormingen en onderhandelingen de enige weg uit een complete catastrofe voor het land zijn. Het werkelijke probleem ligt hem dan ook in het feit dat een groot deel van de oppositie iedere vorm van dialoog afwijst en enkel genoegen zal nemen met de val van het huidig regime. Terwijl het Westen het Syrische regime straft met economische sancties, omdat zij niet aan de eisen van de VN voldoet wordt er echter geen enkele actie ondernomen tegen de Syrische oppositie die er geen enkel geheim van maakt dat zij totaal geen interesse in dialoog hebben.

Een zeer onverantwoord hoofdstuk in de geschiedenis van de media is hiermee ingeluid. Door het gebruik van misleidende onbetrouwbare bronnen en nieuws manipulatie, halve waarheden en regelrechte leugens wordt het grote publiek klaar gestoomd voor een nieuwe bloederig conflict. De journalistiek - onderdanig aan hun meesters van de grote private mediaconglomeraten - rechtvaardigt hiermee het moderne imperialisme dat aan de grondslag ligt van het Syrische conflict en neemt de rol in van regelrechte imperialistische neoliberale staatspropaganda.

Marten


woensdag 23 mei 2012

Kapitalisme: De drijfveer achter massa-immigratie


In de roerige jaren '60 opende de Nederlandse regering haar grenzen om gastarbeiders toe te laten in ons land. Dit was voornamelijk ten gunste van het groot bedrijfsleven. Die stonden te popelen om gebruik te kunnen maken van de goedkope buitenlandse arbeidskrachten die weinig of geen traditie van sociale strijd kenden. Dit immigratiebeleid was er voornamelijk op gericht om een neerwaartse druk te zetten op de lonen van de Nederlandse werknemers, hun ijver om te demonstreren te verminderen en de eenheid binnen de werkende klasse te breken. Nu, meer dan 30 jaar later, is er feitelijk nog niets concreets veranderd aan deze situatie. Alhoewel menig politieke partij niet langer openlijk durft te hameren op meer arbeidsmigratie, is het ook vandaag de dag nog steeds het groot bedrijfsleven dat alle belang heeft bij de grootscheepse toestroom van buitenlandse arbeidsmigranten.

Zoals we allen weten kent Nederland een lange traditie van immigratie. In veel gevallen speelden deze immigranten historisch gezien een progressieve rol binnen de sociale strijd. Echter met de naoorlogse massale immigratiestromen van ongeschoolde, voornamelijk niet-westerse, arbeiderskrachten kregen de Nederlandse werkgevers de kans om de toenemende eisen met betrekking tot de arbeidswetgeving te ontwijken. In de jaren '60 werden er in Turkije, Marokko en andere landen wervingsbureaus geopend die een gigantische aanzuigende kracht hadden op laaggeschoolde en goedkope buitenlandse arbeidskrachten, zodat het groot bedrijfsleven in Nederland kunstmatig de lonen laag kon houden. Deze buitenlandse arbeidskrachten die veelal op zoek waren naar een beter leven, werden (en worden) vaak uitgebuit en belanden dan ook in een uitzichtloze situatie. Sinds die tijd werkte het kapitalisme een competitie in de hand binnen de nationale arbeidskracht door een reserve leger van loonarbeiders op te bouwen.

Sinds het begin is massa-immigratie voornamelijk dan ook een kapitalistisch fenomeen. Het is het groot bedrijfsleven dat tot op de dag van vandaag blijft schreeuwen om meer en meer immigratie, zonder om te kijken naar de ontwrichtende gevolgen voor de samenleving. Massa-immigratie staat dan ook geheel in de traditie van het laissez fair kapitalisme met haar vrijhandel en het bijbehorende principe van open grenzen. Er wordt een goedkope arbeidsmarkt gecreëerd met laag opgeleide arbeidskrachten die in het buitenland geworven worden. Europa wordt vandaag de dag bestuurd door een kleine elite die goedkope arbeidskrachten wenst voor banen waarbij een tekort aan regionale arbeidskracht is, maar voornamelijk om de lonen kunstmatig laag te houden en arbeidswetgeving te ontwijken door de verzadiging van de arbeidsmarkt. Deze lobbyisten, die een grote invloed op nationale regeringen en de Europese commissie hebben, pleiten dan ook vanuit een puur economische logica voor de uitbreiding van Europa en immigratie. Echter bij dit kapitalistisch economisme wordt compleet voorbij gegaan aan de gigantische negatieve sociologische consequenties die hieraan verbonden zijn voor de bestaande samenleving.

Immigranten representeren in feite dan ook het reserve leger van het kapitalisme. Het blijft verwonderlijk dat de veelal linkse netwerken die zich bezig houden met immigratie, in veel gevallen dus direct of indirect de belangen van het groot bedrijfsleven dienen. Criminele netwerken, mensensmokkelaars, "mensenrechten"-activisten en ondernemers zijn allen om hun eigen redenen voorstanders van een complete afschaffing van grenzen ten gunste van de wereldwijde vrije markt. Men gaat volledig voorbij aan het feit dat de meeste immigranten hun ontheemding en delokatie te danken hebben aan de eindeloze logica van de vrije wereldmarkt. Voor hen representeert de vrije wereldmarkt een soort natuurlijk kader voor "wereldburgerschap" en een "bevrijdend" nomadisme. Echter feitelijk betekent migratie niets anders dan een proces van universele competitie, waarbinnen migratie geen grotere emanciperende waarde heeft dan in het thuisland verblijven. Een nomadisch individu is echt niet eerder in staat om kritisch te zijn of in opstand te komen dan een persoon die geworteld is in een bepaald territorium. Zolang mensen hun families en gemeenschap in de steek laten om elders werk en welvaart te zoeken - vaak met gevaar voor eigen leven - zullen zij vermorzeld blijven worden in de loopband van het kapitalisme. Zij vertegenwoordigen niet de voorvechters van de emancipatie, maar vertegenwoordigen de zelfgenoegzame agenten van het post-moderne Westen.

Eenieder die kapitalisme bekritiseert terwijl deze massa immigratie goedkeurt, doet er wijs aan zichzelf stil te houden! Voor wie immigratie bekritiseert zonder het kapitalisme af te keuren geldt hetzelfde!

Anton


woensdag 16 mei 2012

De betekenis van bezit: Vrijheid

Donkere wolken hangen boven Europa, steeds meer mensen voelen de gevolgen van de economische crisis die veroorzaakt is door het neoliberale casino kapitalisme. De immense staatsschulden van landen zoals Griekenland, Spanje, Portugal en Italië hebben ertoe geleid dat de bevolking in een uitzichtloze armoede wordt gestort. Sociale voorzieningen worden ontbonden, instituties en nutsbedrijven geprivatiseerd, lonen worden gehalveerd en de werkeloosheid stijgt tot ongekende hoogtes. Hoewel men vooralsnog vooral in zuid Europa met deze ontzaglijke problemen worden geconfronteerd, blijven ook de noord Europese landen niet gespaard. De Nederlandse regering wil op jaarbasis meer dan 18 miljard euro aan bezuinigingen door gaan voeren. Onze Vlaamse en Waalse zuiderburen zouden volgens de Europese norm zelfs 25 miljard moeten gaan bezuinigen. Als we een ding kunnen leren van de economische crisis is; dat het absoluut noodzakelijk is om onze economische infrastructuur te veranderen en afscheid te nemen van het neoliberale casino kapitalisme.

Er is iets goed mis met het bedrijfsleven in ons land. Het wordt grotendeels gedomineerd door multinationals en buitenlandse aandeelhouders die geen enkele binding hebben met de werknemers die voor hen produceren. De winsten worden niet terug gegeven aan de werkende bevolking maar aan de aandeelhouders die niet deel nemen aan het productieproces. Feitelijk is armoede de afwezigheid van bezit. Een salaris betaald krijgen is eveneens geen bezit want diegene die het salaris uitkeert domineert diegene die het ontvangt. De ontvanger heeft immers weinig of geen vrije keus omdat deze afhankelijk is van dit salaris. Dit leidt dan ook tot een uitbuiting van de werkende bevolking door de werkgevers en aandeelhouders. Dat is dan ook het gevolg van ons huidig economisch systeem; het kapitalisme. Hoewel het kapitalisme zegt vrijheid als ideaal te hebben, concentreert de welvaart binnen dit systeem zich bij een steeds kleiner wordende groep mensen. Omdat het bezit steeds verder gelimiteerd wordt krijgt deze kleine groep mensen een steeds grotere buitenproportionele (economische) macht. De staat wordt meer en meer een middel om de belangen van deze groep mensen te behartigen en de kloof tussen werknemer en werkgever wordt enkel groter.

Zowel binnen links als rechts in het politieke spectrum kan men antwoorden vinden op dit theoretisch onrecht dat samen gaat met deze kapitalistische uitbuiting. Allen komen tot de conclusie dat enkel de eerlijke herverdeling van bezit kan leiden tot een permanente oplossing evenals een eerlijk en juist alternatief. Door werknemers een aandeel te geven in het bedrijf waar zij werken en hen dus mede-bezitter te maken kan men een gemeenschap van economisch vrije mensen realiseren. Door via de eigenaars (de bezitters) en de gemeenschap te produceren, kan het voorkomen worden dat het bezit eigendom wordt van een kleine groep speculanten. Door het bezit eerlijk te verdelen voorkomt men dat kleine groepen mensen bepaalde privileges boven de rest van de gemeenschap kunnen vergaren. Het voorkomt dat werkloze parasieten kunnen leven, zonder te werken, door de exploitatie van andermans werk. Het streven is dan ook een samenleving waarbinnen het overgrote deel van de burgers genoeg bezit hebben om economisch vrij te zijn.

Hoewel dit voor veel mensen een utopisch en onhaalbaar ideaal lijkt te zijn, is het in het heden en verleden al in de praktijk verwezenlijkt. Een van deze praktijk voorbeelden kan men vinden in Spanje. Terwijl het land geteisterd wordt door de economische crisis en bijna alle gemeentes noodsteun nodig hebben, is er een gemeente die haar begroting zeer goed op orde heeft. Het 2700 inwoners tellende dorpje Marinaleda in Andalusië heeft een bijna volledig zelfvoorzienende lokale economie weten te realiseren. Er is het hele jaar werk, iedereen verdient hetzelfde en er wordt geen winst uitgekeerd. In plaats daarvan wordt de winst gebruikt om nieuwe banen te creëren. De bevolking wordt direct en democratisch betrokken bij alle beslissingen omtrent de begroting. Het dorp kent geen corruptie, geen hoge hypotheeklasten en praktisch geen werkloosheid, men kan er wonen voor slechts 15 euro per maand. Een ander voorbeeld is het bedrijf Mondragón uit het Baskenland. Met meer dan 80.000 werknemers en een omzet van 15 miljard euro ondervind het geen enkele hinder van de economische crisis. Het bedrijf kent een systeem van arbeiderszelfbestuur en winstdeling; al haar werknemers zijn tevens de aandeelhouders. Wordt er winst gemaakt dan delen alle werknemers hierin mee, moet er bezuinigd worden dan leveren zij allen een deel van hun salaris in om ontslagen te voorkomen. Collectieve solidariteit vormt hier dan ook de sleutel.

Willen wij echt economisch vrij zijn moeten wij lering trekken uit deze voorbeelden. Het is mogelijk om alternatieven voor het casino kapitalisme te vinden. De gehele betekenis van bezit is de economische vrijheid die het ons geeft. Iemand die in zijn eigen huis woont of een aandeel in zijn bedrijf heeft buit niemand uit. Vanuit onze gemeenschap moeten we de gewoontes creëren die nodig zijn om echte economische vrijheid te realiseren en te behouden. Pas dan kunnen we van een vrije samenleving spreken waarin solidariteit centraal staat.

Anton